Bijlage 2. Algemene enquêtevragenlijst

Bijlage 2. Algemene enquêtevragenlijst

In deze bijlage vindt u een algemene versie van de enquêtevragenlijst bijbehorend aan het HOME-model. In deze algemene versie zijn de aandoening-specifieke delen grijs gearceerd en is de toepassing op het specialisme cardiochirurgie als voorbeeld weergegeven. De aandoening-specifieke delen kunnen worden toegepast op andere aandoeningsgebieden om deze enquête daarvoor inzetbaar te maken, als ondersteuning bij het op grotere schaal delen van inzichten rondom de effectieve toepassing van uitkomstinformatie middels het HOME-model.

Gebruikte termen in de enquête:

  • In deze enquête wordt gesproken over ‘uitkomstindicatoren’. Dit zijn indicatoren die het resultaat van behandeling meten. Voorbeelden zijn overleving, complicaties, re-procedures en kwaliteit van leven na een interventie. Het betreft hier zowel uitkomstindicatoren die beschikbaar zijn vanuit de kwaliteitsregistraties, als uitkomstindicatoren die aanvullend beschikbaar zijn zoals PROMS, bijvoorbeeld doordat het ziekenhuis deze zelf in kaart brengt.
  • In de vragenlijst wordt de term ‘verbetercyclus’ gebruikt. Hiermee wordt een cyclus bedoeld waarin periodiek uitkomsten worden gemonitord, welke vervolgens gebruikt worden om verbeteringen te initiëren, en waarvan vervolgens de impact op uitkomsten weer wordt gemonitord, etc.. Verbeterinitiatieven kunnen derhalve kleine of grote veranderingen zijn die doorgevoerd worden in het zorgproces ten behoeve van de kwaliteit van zorg.
  • In de vragenlijst wordt tevens de term ‘hartcentrum’ gebruikt. Dit moet geïnterpreteerd worden als de afdelingen die gezamenlijk primair verantwoordelijk zijn voor het leveren van de hartzorg (waar van toepassing, cardiologie, thorax chirurgie, anesthesiologie en verpleegafdelingen voor hartzorg).

Invullen van de enquête:

  • Wij verzoeken u deze enquête in te vullen samen met minimaal 1 medisch specialist (cardio-thoracaal chirurg).
  • Wij verzoeken u deze enquête in te vullen voor hartpatiënten die een cardio-thoracale chirurgische ingreep ondergaan.
  • Het invullen van deze enquête kost ongeveer 20-25 minuten.

Wij danken u hartelijk voor uw bereidwilligheid en tijdsinvestering ten aanzien van het invullen van deze enquête.

1. Namens welk centrum wordt deze enquête ingevuld?
[tekstvak]

2. Gelieve de functies te noteren van de mensen die meegeholpen hebben bij het invullen van deze enquête.
[tekstvak]

 3.Hoe vaak worden uitkomstindicatoren* besproken binnen de vakgroep Cardio-thoracale chirurgie?

  • Niet
  • Minder vaak dan 1x per jaar
  • 1x per jaar
  • Tussen 1x per jaar en 1x per kwartaal
  • 1x per kwartaal
  • Tussen 1x per kwartaal en maandelijks
  • Maandelijks
  • Vaker dan maandelijks
  • Onbekend

*Met uitkomstindicatoren wordt bedoeld ‘indicatoren die het resultaat van behandeling meten’. Voorbeelden zijn overleving, complicaties en kwaliteit van leven (PROMS) na een interventie. Het betreft zowel uitkomstindicatoren die beschikbaar zijn vanuit de kwaliteitsregistratie als aanvullende indicatoren.

4. Hoe vaak worden uitkomstindicatoren besproken in een multidisciplinair overleg?

  • Niet
  • Minder vaak dan 1x per jaar
  • 1x per jaar
  • Tussen 1x per jaar en 1x per kwartaal
  • 1x per kwartaal
  • Tussen 1x per kwartaal en maandelijks
  • Maandelijks
  • Vaker dan maandelijks
  • Onbekend

[Indien vraag 4 met ‘Niet’ wordt beantwoord, wordt doorgegaan met vraag 5 en wordt vraag 6 overgeslagen. Na de andere antwoorden volgt wel vraag 5]

5. Wie zijn er betrokken bij dergelijke multidisciplinaire overleggen? (meerdere antwoorden mogelijk)

  • Cardio-thoracale chirurgen
  • (interventie)Cardiologen
  • Anesthesiologen
  • Perfusionisten
  • Intensivisten
  • Patiënten (bijvoorbeeld via een patiëntenraad of vertegenwoordiging van de betreffende patiëntorganisatie)
  • Verpleegkundigen
  • Andere [tekstvak]

6. Met welke partijen binnen uw ziekenhuis, buiten het multidisciplinaire overleg en de besprekingen in de vakgroep, worden uitkomstindicatoren (nog meer) besproken? (meerdere antwoorden mogelijk)

  • Niet
  • Patiënten (bijvoorbeeld via een patiëntenraad of vertegenwoordiging van de betreffende patiëntenorganisatie)
  • Ziekenhuismanagement (zoals directeur bedrijfsvoering, zorggroepmanager, afdelingsmanagement)
  • Stafbestuur
  • Raad van Bestuur
  • Andere [tekstvak]

7. Met welke partijen buiten uw ziekenhuis worden de uitkomsten en verbeterinitiatieven besproken? (meerdere antwoorden mogelijk)

  • Geen
  • Verwijzende ziekenhuizen
  • Netwerk of samenwerkingsverband met andere ziekenhuizen
  • Huisartsen
  • Verpleeghuizen
  • Revalidatie
  • Thuiszorg
  • GGZ
  • Andere [tekstvak]

8. Hoeveel medisch specialisten zijn direct betrokken bij cardio chirurgische ingrepen*?
[tekstvak met enkel mogelijkheid om een getal in te vullen]
*Hiermee worden specialisten van alle direct betrokken specialismen bedoeld zoals cardiochirurgie, anesthesiologie, etc. (exclusief medici die in consult worden geroepen).

9. Hoeveel procent van de direct bij de cardio chirurgische behandelingen betrokken medisch specialisten* neemt naar uw inschatting actief kennis van de uitkomsten van zorg van uw ziekenhuis? (bijvoorbeeld via bespreking in overleggen)
[tekstvak met enkel mogelijkheid om een getal tussen 0 en 100 in te vullen]
*Hiermee worden specialisten van alle direct betrokken specialismen bedoeld zoals cardiochirurgie, anesthesiologie, etc. (exclusief medici die in consult worden geroepen).

10. Hoe vaak gebruikt uw vakgroep (digitale) dashboards die uitkomsten van zorg weergegeven?

Nooit Zelden Soms Vaak Zeer vaak
Zelf ontwikkelde dashboards 1 2 3 4 5
Landelijke dashboards, zoals de Chartmodule van de NHR 1 2 3 4 5

[5-puntsschaal]

11. Wordt er, naast de informatie uit de kwaliteitsregistratie, aanvullend uitkomstinformatie beschikbaar gemaakt ten behoeve van het bespreken van uitkomstindicatoren in uw vakgroep?

  • Ja
  • Nee
  • Weet niet
  • Andere [tekstvak]

12. Hoe vaak worden onderstaande typen analyses over uitkomsten van zorg gebruikt om verbeterpotentieel te identificeren?

Nooit Zelden Soms Vaak Zeer vaak
Ruwe uitkomsten van het eigen ziekenhuis (trends over tijd) 1 2 3 4 5
Risico-gecorrigeerde uitkomsten van het eigen ziekenhuis (trends over tijd) 1 2 3 4 5
Ruwe uitkomsten vergeleken met andere ziekenhuizen 1 2 3 4 5
Risico-gecorrigeerde uitkomsten vergeleken met andere ziekenhuizen 1 2 3 4 5
Interdoktervariatie in ruwe uitkomsten 1 2 3 4 5
Interdoktervariatie in risico-gecorrigeerde uitkomsten 1 2 3 4 5

13. Voor hoeveel uitkomstindicatoren zijn er de afgelopen twee jaar op initiatief of verzoek van uw vakgroep aanvullende analyses uitgevoerd met als doel om resultaten beter te kunnen duiden en mogelijk te komen tot verbeterinitiatieven*? (zoals bijvoorbeeld analyses van subpopulaties; dit kan uitgevoerd zijn binnen het ziekenhuis of op verzoek door de kwaliteitsregistratie)
[tekstvak met enkel mogelijkheid om een getal in te vullen]
*Met verbeterinitiatieven worden kleine of grote veranderingen zijn die doorgevoerd worden ten behoeve van de kwaliteit van zorg bedoeld.

14. Zijn er de afgelopen twee jaar doelstellingen geformuleerd op uitkomstindicatoren? (zoals bijvoorbeeld ten aanzien van de streef-incidentie van een bepaalde complicatie)

  • Nee
  • Ja, voor één of enkele uitkomstindicatoren
  • Ja, voor één of enkele uitkomstindicatoren en minimaal één voor elk van de aandoeningen waarvoor uitkomstrapportage beschikbaar zijn (bijvoorbeeld CABG, AVR, AVR+CABG)
  • Ja, voor alle beschikbare uitkomstindicatoren
  • Andere [tekstvak]

15. Is het meten en verbeteren van uitkomsten van de geleverde zorg expliciet onderdeel met concrete doelstellingen van het interne beleid? (meerdere antwoorden mogelijk)

  • Nee, geen onderdeel
  • Ja, onderdeel van het jaarplan van de vakgroep
  • Ja, onderdeel van het meerjarenplan van de vakgroep
  • Ja, onderdeel van het jaarplan van het hartcentrum
  • Ja, onderdeel van het meerjarenplan van het hartcentrum
  • Ja, onderdeel van het ziekenhuis-brede jaarplan
  • Ja, onderdeel van het ziekenhuis-brede meerjarenplan
  • Andere [tekstvak]

16. Wanneer hebben uitkomstrapportages de afgelopen 2 jaar geleid tot verbeterinitiatieven? (meerdere antwoorden mogelijk)

  • Nooit
  • Indien het ziekenhuis significant minder gunstige uitkomsten heeft dan het gemiddelde van andere ziekenhuizen (landelijke benchmark)
  • Indien de rapportage leidt tot klinisch relevante inzichten die aanknopingspunt kunnen zijn voor verbeteringen los van of er statistisch significante verschillen zijn (bijvoorbeeld een negatieve trend in de data of uitkomsten binnen subpopulaties)
  • Indien één of meerdere andere ziekenhuizen aantoonbaar gunstiger uitkomsten hebben dan gemiddeld
  • Andere [tekstvak]

17. Hoeveel verbeterinitiatieven zijn er door het monitoren van uitkomsten van zorg de afgelopen twee jaar geïnitieerd?
[tekstvak met enkel mogelijkheid om een getal in te vullen]

18. Welke leerstrategieën zijn succesvol gebleken in de totstandkoming van deze verbeterinitiatieven?

Nooit Zelden Soms Vaak Zeer vaak Leerstrategie niet gebruikt
Best practice / voorbeeld uit ander ziekenhuis overgenomen 1 2 3 4 5
Procesanalyse (zoals waardestroomanalysea, process miningb) 1 2 3 4 5
Dossieranalyse van eigen patiënten 1 2 3 4 5
Wetenschappelijke literatuur gebruikt om inzichten te verkrijgen 1 2 3 4 5
Richtlijnen bestudeerd en strikter geïmplementeerd 1 2 3 4 5
Initiatieven op basis van klinische ervaring / expert opinion 1 2 3 4 5
Structurele leeromgeving met andere ziekenhuizen (bijv. bespreking van resultaten in registratiecommissie NHR) 1 2 3 4 5
Consulteren van externe experts (ad hoc of tijdens visitatie) 1 2 3 4 5
Intern intercollegiaal delen van kennis, ervaring of technieken 1 2 3 4 5

aWaardestroomanalyse betekent het in kaart brengen van het gehele proces waarbij vooral gekeken wordt naar hoe de waarde tot stand komt.

bProcess mining is een gegevensgestuurde aanpak waarbij bedrijfsprocessen worden geanalyseerd om inzichten te ontdekken die kunnen worden gebruikt voor procesverbetering.

19. In hoeverre wordt de implementatie van verbeterinitiatieven gemonitord? (bijvoorbeeld of een verbeterinitiatief op de juiste wijze en bij alle patiënten wordt uitgevoerd)

[schaal van 0-10, waarbij 0 = ‘nooit’ en 10 = ‘altijd’]

20. In hoeverre wordt het effect van verbeterinitiatieven gemonitord (bijvoorbeeld de impact op uitkomsten of tussentijdse uitkomsten)?
[schaal van 0-10, waarbij 0 = ‘nooit’ en 10 = ‘altijd’]

21. Hoe belangrijk wordt volgens u het verbeteren van kwaliteit van zorg op basis van uitkomstindicatoren geacht binnen de direct betrokken vakgroep(en)?
[schaal 0-10]

22. Hoe groot is het vertrouwen binnen het specialisme thoraxchirurgie om open over geaggregeerde uitkomsten te spreken?
[schaal 0-10]

23. Hoe groot is het vertrouwen binnen het specialisme thoraxchirurgie om open over uitkomst per operator te spreken?
[schaal 0-10]

24. Hoe groot is het vertrouwen tussen specialismen onderling om open over geaggregeerde uitkomsten te spreken?
[schaal 0-10]

25. Hieronder staan verschillende niveaus binnen een organisatie weergegeven. Wilt u de niveaus op volgorde zetten in de mate waarin een leidende rol wordt genomen om een verbetercyclus op basis van uitkomstindicatoren te realiseren? Beginnend met het meeste (dus de grootste kartrekker op dit gebied = 1, naar het minste = 8).

  • Medisch specialisten
  • Maatschapsmanagement / management van hartcentrum
  • Ziekenhuismanagement (directeur bedrijfsvoering, zorggroepmanager, afdelingsmanagement)
  • Verpleegkundigen
  • Kwaliteitsafdeling ziekenhuis
  • Raad van Bestuur
  • Stafbestuur

26. Is er nog een ander niveau binnen de organisatie welke een leidende rol neemt om een verbetercyclus op basis van uitkomstindicatoren te realiseren?

  • Ja
  • Nee

[Indien vraag 26 met ‘Nee’ wordt beantwoord, wordt doorgegaan met vraag 28 en wordt vraag 27 overgeslagen. Indien vraag 26 met ‘Ja’ wordt beantwoord, volgt wel vraag 27]

27. Welk(e) niveau(s) is/zijn dit?
[tekstvak]

28. Is er een expliciet medisch verantwoordelijke voor de kwaliteit van zorg voor cardio chirurgische patiënten?

  • Nee
  • Ja, de medisch manager
  • Ja, niet de medisch manager
  • Ja, niet generiek, maar verschillende specialisten voor verschillende aandoeningen
  • Andere [tekstvak]

Let op: De volgende vragen gaan uitsluitend over data in de kwaliteitsregistratie die enkel binnen uw ziekenhuis kán worden vastgelegd.

29. Hoeveel procent van de data uit de kwaliteitsregistratie wordt in het EPD vastgelegd tijdens de reguliere zorg?
[tekstvak met enkel mogelijkheid om een getal tussen 0 en 100 in te vullen]

30. Hoe komt de data bij de kwaliteitsregistratie terecht?

  • Handmatige invoer in applicatie van kwaliteitsregistratie (overtypen)
  • Upload van template dat deels handmatig en deels via extractie uit het EPD gevuld wordt
  • Upload van template dat gevuld wordt door (bijna) volledige extractie uit EPD
  • Directe koppeling tussen het EPD en de kwaliteitsregistratie
  • Andere [tekstvak]

31. Hoe wordt de data voor aanlevering op kwaliteit gecontroleerd? (meerdere antwoorden mogelijk)

  • Niet
  • Door een datamanager
  • Door een medicus
  • Andere [tekstvak]

32. Hoeveel vertrouwen heeft u in de kwaliteit van data uit uw eigen ziekenhuis vanuit de kwaliteitsregistratie?
[schaal 0-10]

33. Hoeveel vertrouwen heeft u in de kwaliteit van data uit andere ziekenhuizen vanuit de kwaliteitsregistratie?
[schaal 0-10]

34. Hoe vaak wordt data geüpload naar de kwaliteitsregistratie?

  • Niet
  • Minder vaak dan 1x per jaar
  • 1x per jaar
  • Tussen 1x per jaar en 1x per kwartaal
  • 1x per kwartaal
  • Tussen 1x per kwartaal en maandelijks
  • Maandelijks
  • Vaker dan maandelijks
  • Onbekend

35. Welke van de volgende functionarissen krijg(t)(en) tijd beschikbaar gesteld om een verbetercyclus gericht op verbetering van uitkomsten van zorg te realiseren? (meerdere antwoorden mogelijk)

  • Medisch specialisten
  • Kwaliteitsmanagers
  • Interne adviseurs
  • Medisch managers
  • Vakgroepmanagers
  • Niet van toepasing
  • Andere [tekstvak]

36. Hoeveel uur per week besteden deze personen ongeveer hieraan?
[tekstvak met enkel mogelijkheid een getal in te vullen]

37. Hoeveel medisch specialisten zijn er in het hartcentrum met duidelijke expertise en affiniteit met datamanagement en data-analyse?
[tekstvak met enkel mogelijkheid een getal in te vullen]

38. In hoeverre worden uitkomsten gebruikt in de patiëntenzorg?

Gebruik van klinische uitkomsten Gebruik van PROMS Gebruik van klinische uitkomsten én PROMS Niet
Uitkomstinformatie over de aandoening op de website
Informatiefolders met uitkomstinformatie over de behandeling
Uitkomsten van de patiënten worden in een dashboard getoond door de arts op de poli
Eigen uitkomsten zijn voor de patiënt inzichtelijk via een patiëntenportaal
Uitkomsten zijn standaard onderdeel van samen beslissen (bijvoorbeeld met behulp van keuzehulpen met daarin uitkomsten)
Predictiemodel(len) worden gebruikt om uitkomsten voor individuele patiënten te voorspellen
Uitkomstinformatie over verschillen tussen ziekenhuizen is beschikbaar op een website

39. Worden uitkomsten nog op een andere manier gebruikt in de patiëntenzorg?

  • Ja
  • Nee

[Indien vraag 39 met ‘Nee’ wordt beantwoord, wordt doorgegaan met vraag 42 en worden vraag 40 en 41 overgeslagen. Indien vraag 39 met ‘Ja’ wordt beantwoord, volgt wel vraag 40]

40. Welk type uitkomsten wordt nog meer gebruikt in de patiëntenzorg?
[tekstvak]

41. In hoeverre worden deze uitkomsten gebruikt in de patiëntenzorg?

  • Gebruik van klinische indicatoren
  • Gebruik van PROMS
  • Gebruik van klinische uitkomsten én PROMS

42. In hoeverre wordt gebruik gemaakt van Patient Reported Outcome Measures (PROMs)? (meerdere antwoorden mogelijk)

  • PROMs worden niet gemeten
  • PROMs worden wel gemeten, maar niet gebruikt
  • PROMs worden gemeten en gebruikt in het kader van wetenschappelijk onderzoek
  • PROMs worden gemeten en op groepsniveau geanalyseerd om kwaliteit van zorg te kunnen verbeteren
  • PROMs worden op de poli met de patiënt besproken op vaste momenten in het behandelproces